• Welkom
  • Biografie
  • Agenda
  • Tuinconcert
    • Tuinconcert 2018
    • Tuinconcert 2017
    • Tuinconcert 2015
    • Tuinconcert 2014
    • Tuinconcert 2013
    • Tuinconcert 2012
    • Routebeschrijving
  • Lespraktijk
  • Media
  • Contact
  • Welkom
  • Biografie
  • Agenda
  • Tuinconcert
    • Tuinconcert 2018
    • Tuinconcert 2017
    • Tuinconcert 2015
    • Tuinconcert 2014
    • Tuinconcert 2013
    • Tuinconcert 2012
    • Routebeschrijving
  • Lespraktijk
  • Media
  • Contact
Johanneke Vogel

Tuinconcert 13 juli 2013

 

In 2010 hebben Maurits en ik zes weken door Noorwegen gefietst. Tijdens deze mooie tocht maakten we kennis met een land waarin de verschillende landschappen zich snel afwisselden. Zo is het ook met de muziek van Grieg:  De ritmes zijn onregelmatig en grillig, de tonaliteit onzeker en weifelend en er is een voorkeur voor de mineur toonsoort en voor leuke melodische intervallen. Het is de diepe melancholie die plotseling kan veranderen in wilde en ongeremde vrolijkheid. De mysterieuze somberheid in ontembare wildheid.
Grieg liet zich beïnvloeden door Schubert en Schumann, Chopin, Liszt en Wagner. Zijn grote inspiratiebron was de klank van de Noorse volksmuziek.  
Brahms was daarentegen een tegenstander van Liszt en Wagner. Hij vond ze maar rebels. Mozart, Haydn, Beethoven en Bach waren zijn voorbeelden. Hij geloofde in een vaste vorm en in structuur. Datgene wat hem met Grieg zou kunnen verbinden was zijn vriendschap met de Schumanns.
De vader van Johannes Röntgen, Julius Röntgen, was een grote vriend van Grieg. Deze mannen deelden hun passie voor volksmuziek.

Programma

Johannes Brahms (1833 - 1897)
Op 63, nr 5 en 8

5. Meine liebe ist Grün (Felix Schumann, 1854 - 1879)
Tot over mijn oren ben ik verliefd!

8. O Wüsst' ich doch den Weg Zurück (Klaus Groth 1819 - 1899)
Het naïeve, het kinderlijke, de onbevangenheid van een kind. De liefde en de warmte van een moeder. Daar verlang ik naar terug.

Op 105, nr 1
1. Wie Melodien zieht es mir (Klaus Groth, 1819 - 1899)
Op het moment dat je iets benoemt, ontkrachtig je het. Maar een goed gedicht kan het weer op een hoger plan tillen.

Johann Sebastian Bach (1685 – 1750)
Cello Suite nr 1 in G majeur, BWV 1007
1. Prelude
2. Allemande
3. Courante
4. Sarabande
5. Menuets
6. Gigue

Edvard Grieg (1843 - 1907)
Op 48, Sechs Lieder

1. Gruss (Heinrich Heine, 1797 - 1856)
Ga, jij klein liedje, ga en laat je lied echoën de wijde wereld in!

2. Dereinst, Gedanke mein (Emanuel von Geibel, 1815 - 1884)
Hart, wat jij in het leven niet gevonden hebt, waar jij pijn geleden hebt, komt na dit aardse leven tot rust.

3. Lauf der Welt (Johann Ludwig Uhland, 1787 - 1862)
Dat is gewoon de weg van het leven. Ik weet niet hoe het ontstond. Maar ik kuste je gewoon, zonder dat we tegen elkaar zeiden: ik hou van jou.

4. Die verschwiegen Nachtigall (Walter von der Vogelweide, 1170 - 1230)
Onder de linden ontmoette ik hem. En o… als we ontdekt zouden worden… de nachtegaal als enige getuigen zou moeten zwijgen. Tandaradei.

5. Zur Rosenzeit (Johann Wolfgang von Goethe, 1749 - 1832)
Mooie rozen, jullie verwelkten. Zij draagt ze niet op haar borst. Als de eerste knop uitkwam, vroeg in de ochtend, dan snelde mijn hoopvolle voeten naar haar… de hoop is vervlogen.

6. Ein Traum (Friedrich Martin von Bodenstedt, 1819 - 1892)
Ik droomde eens van een mooie blonde meid. Het bleek werkelijkheid te zijn! De beek stroomde, de knoppen sprongen, geluid klonk vanuit het verre dorp. Ik hield je vast en liet je nooit meer los.

Johannes Röntgen (1898 - 1969)

11 Dierkundige dichtoefeningen van Trijntje Fop (1956)
(Kees Stip, 1913 - 2001)

1. Op een brilslang
2. Op een duizendpoot
3. Op een geit
4. Op een giraffe
5. Op twee honden
6. Op een kalf
7. Op een kreeft 
8. Op een wesp
9. Op een kater
10. Op een kip
11. Op een kwal

Sopraan: Johanneke Vogel
Cello: Mariëlle Rijkaart
Piano: Annemieke Boot
De piano werd mede mogelijk gemaakt door Pianohandel Meijer, Ede


Door ziekte van Mariëlle Rijkaart is het programma aangepast. De cellosuite werd door Annemieke Boot vervangen door de Ouverture BWV 29 van Johann Sebastian Bach, bewerkt voor piano door Saint-Saëns. Na de liederen van Grieg speelde Annemieke de Trois Novelettes van Francis Poulenc (1899 - 1963). Ook vervielen een aantal liederen van de 11 Dierkundige dichtoefeningen.


Samen met het publiek sloten we af met de canon:

Lachend, lachend, lachend, lachend
Komt de zomer in het land.
In het land komt hij lachend,
Ha, ha, ha,
Lachend in het land.
Powered by Create your own unique website with customizable templates.